Niets blijft duren, alles is eindig, en tijd vliegt ook als je je niet amuseert. Het is intussen al bijna november, en wie kan zich de laatste keer nog herinneren dat iets écht leuk was? Ik ben zelf nooit vies geweest van een bananenbrood in de oven schuiven of dingen fermenteren (al is dat nooit expres), maar dat is weinig entertainend in vergelijking met schuren met aantrekkelijke mensen, of flirten met cute barmannen op slechte dates. Niet dat ik die dingen gewoonlijk doe als het leven niet achter slot en grendel zit, maar ik zie eruit alsof ik dat zou kunnen, en dat is het voornaamste. Konden vrouwen die salades eten op stockfoto’s de wereld maar regeren, het zou allemaal wat meer om te lachen zijn. 

Je herinnert je vast twee weken geleden – ervan uitgaande dat tijd en ruimte niet vervaagd zijn tot onbegrijpelijke concepten – toen ik zeer opgetogen was over mijn recente Tindervangsten. Hoe leuk het is om jong en onbezonnen te zijn. Vandaag ben ik ouder en wijzer, en besef ik opnieuw dat enthousiasme altijd afgestraft wordt. Niet geheel onterecht trouwens, het laatste waar we op dit punt nood aan hebben zijn mensen die alles van de positieve kant gaan bekijken. Alleszins zijn, net zoals 70 procent van mijn kamerplanten, ook deze matches en conversaties een vroegtijdige dood gestorven. Ik wil gezegd hebben dat het deze keer niet volledig aan een onnavolgbare apathie mijnerzijds lag, en dat een medaille voor moed en zelfopoffering niet per se te veel gevraagd is. 

Je kan intussen ongetwijfeld al vanbuiten reciteren wat mijn type is: lang, besnord, vreemd. De dagelijkse bezigheden van dit soort man: moeilijke woorden gebruiken in zinnen waarin ze eigenlijk niet kloppen omdat hij zelf niet weet wat ze betekenen, neerbuigende opmerkingen maken over hedendaagse films terwijl hij geilt op de veel te duur betaalde vintage Tarantinofilmposter boven zijn onopgemaakte matras, langdurig oogcontact met zichzelf maken wanneer hij olie in zijn snor kamt. Niks aan deze beschrijving is aantrekkelijk, maar gooi er wat krulletjes en een ironisch bedoelde tweedehands designer trui bovenop, en voor heel even ben ik verkocht. Ik beeld me onze arthouse cinema trouwpartij al in, waarbij iedereen kleding draagt uit Once Upon a Time in Hollywood  en we enkel Big Kahuna Burgers serveren. Vanzelfsprekend draagt mijn toekomstige een nepgeweer onder zijn jasje, en krijg ik om middernacht een naald in mijn hart gestoken omdat je van minder zou doodvallen. Na de ietwat teleurstellende afwezigheid in antwoord van de kunsthipsters vorige week, restte me nog een laatste kans op een date met dit soort kerel. Het zal er vanzelfsprekend nooit van komen, niet enkel omdat de cafés weer dicht zijn, maar omdat die mannen zich toch altijd vroegtijdig in de voet schieten. Het zou altijd bij één afspraakje gebleven zijn, maar waarom moeten ze het altijd al op voorhand verpesten? Er vallen zoveel meer betweterige quotes te rapen in het echte leven. Triest.

Het was op het eerste gezicht een normaal, zelfs leuk gesprek te noemen. Toen ik vermeldde dat ik tegenwoordig mijn dagen vul met het bekijken van “filmklassiekers” of “must see movies” – ik permitteer me even deze aanhalingstekens, want niemand maakt mij nog wijs dat een leven niet volledig is zonder de films van X of de boeken van Y. Het is niet omdat je papa rijk is en je op zomerkamp ging naar Amerika dat jouw mening over cultuur meer waard is dan de mijne, Quentinlovertje69 – stuurde hij mij zonder aarzelen een lijst van absoluut onmisbare films. Ik hoef je vast niet te verduidelijken welke film op #1 stond, maar het rijmt zowel met ‘Ook in de winter zijn mijn enkels zichtbaar’ als ‘Ulp Fiction’. Op zich vind ik zoiets alleen maar geniaal; het is mijn doel minstens acht dates in mijn leven te kunnen fixen waarop ik met kerels naar Pulp Fiction kijk, dé ultieme softboifilm. Ik ben benieuwd of ze er zodanig opgewonden van raken dat ze meteen met je in bed willen duiken, of eerder meteen uitgeput zijn van al het klaarkomen op Tarantino’s meesterlijke cinematografie. Vergeet die medaille, ik verdien een prijs voor antropologie (en zelfopoffering). 

Het probleem zat hem in zijn opmerking over mijn lievelingsserie Derry Girls. Niet zozeer dat hij het geen leuke serie vond – ieder zijn eigen mening, zoals ik net nog luidkeels verkondigde – maar wel dat hij het “typisch iets voor vrouwen vond”. Ik kan dat begrijpen, in dat opzicht dat geniale humor en intelligente verhaallijnen typisch iets zijn voor vrouwen, maar natuurlijk bedoelde hij het niet zo. Het zijn vast de vier vrouwelijke protagonisten die hem doen vermoeden dat deze serie niets voor mannen is, of is het misschien het feit dat het door ene Lisa McGee geschreven werd? Ik mag natuurlijk niet uit het oog verliezen dat er een groot verschil is tussen mannen- en vrouwenhumor, een onderscheid dat de Tinderboy graag nog eens aanhaalt. Mannen houden van snedige, donkere moppen en intelligente punchlines; vrouwen daarentegen kunnen typisch meer lachen om geestige huishoudverhalen en grapjes over hoe hun man de toiletbril nooit naar beneden doet. Dat was ik even uit het oog verloren met mijn vrouwenbrein. Wanneer komen de hondjes trouwens in deze film, schat?