Enkele weken geleden, in de nasleep van het hemelse passeren van God is a woman in mijn slaapkamer, bedacht ik mij dat ik geen enkel kledingstuk bezit dat als een cool en tegelijk cute excuus voor een pyjama kon dienen. In de nabijheid van een warmtebron van het menselijk soort, is dat gebrek aan toffe slaapmode misschien ook geen probleem, maar ‘t is leuk om te weten dat je in het dagelijkse manloze leven ook opties hebt. Je kan toch niet altijd tits out slapen, en een borstvalling is nooit veraf. Bovendien, als in een soort van self-love queeste zoals enkel de films die kennen, vond ik dat het een gloriemoment zou zijn om mezelf eindelijk eens een babydollachtig outfitje te schenken. Waarom een man de trigger moest zijn in de eerste plaats, ik weet het niet. Normaal gezien val ik nog liever dood dan dat ik iets enkel en alleen voor een kerel zou doen.
Ik moet toegeven dat ik mij algemeen slaapkleedgewijs niet meteen in een precair borstvallingscenario bevind. Ik bezit een arsenaal aan oude nachtkleden die de gure winters van de jaren ‘40 lijken overleefd te hebben, en het gebrek aan redenen om diezelfde slaapkleden in de kast te laten hangen, is gigantisch. Maar daar ligt waarschijnlijk net het probleem. ‘t Is ongetwijfeld een self-fulfilling prophecy om enkel verwelkte vooroorlogse nachtjaponnen te bezitten.
Na mijn ondertussen niet meer zo recente succes, was ik er dus ook ineens rotsvast van overtuigd dat er nog momenten zouden komen waarop ik op een schattige manier bronchitis zou willen vermijden. Ja, ik denk ook dat ik mijn hoofd iets te hard tegen de muur gebonkt heb (hehe). Ik nam mezelf voor echt eens te investeren in een soortement negligeetje, maar dan misschien in een punk versie. Iets met fluff, maar in’t zwart en ook liefst geen handwas. Echt geen zin om dat hier in de gootsteen te staan uitspoelen en elke keer te moeten toegeven dat de plekken die erop zitten gewoon gesmolten roomijs zijn.
Ik besloot het er uiteindelijk toch op te wagen. Ik had iedereen de teleurstelling kunnen besparen en gewoon iets online kunnen bestellen, maar ik was er oprecht van overtuigd dat het een persoonlijk groeimoment zou zijn om zoiets in een fysieke winkel te kopen. Hoe moeilijk kan het tenslotte zijn? Ik heb wel al zottere dingen dan dit gedaan. Bovendien zou het bezitten van zo’n soortement onderkleed het ongetwijfeld goedmaken dat ik nog nooit een matching set underwear in mijn schuiven had liggen, en dat ik daarenboven nog steeds de Homer Simpson onderbroek draag die ik vijf jaar geleden in een Topshop in Spanje kocht. Ik verontschuldig mij juist voor niks.
Het begon redelijk oké, met een winkel die gewone pyjama’s verkocht, maar dan in zo’n kleurrijk blinkend stofje. Niks mis mee, maar ik ben nu ook gewoon maar 25, geen 45. In de volgende winkel voelde ik me ineens zo’n complete sukkel met zo’n doorschijnend niemendalletje nog maar in mijn hand, laat staan aan mijn lijf. Het werd erger naarmate ik dieper de winkelstraat introk. Ineens was alles van leer gemaakt en/of zat er aan elk van die dingen nog een beha vastgemaakt. Zwaartekracht is in essentie echt iets top, mag het alsjeblieft zo’n luttele acht uur op een dag gewoon zijn gang gaan?
Ik heb het gewoon opgegeven, al weet ik niet per se waarom. Misschien omdat zo’n shit ongelofelijk duur is voor de hopeloze toekomst die het beschoren is. Self-love is wel tof, maar als het erop aankomt, verkies ik standaard grootmoeders nachtjaponnen voor mijn eenzame nachten. Ik kan zelfs mezelf niet wijsmaken dat het kanten dingetje een goddeloos lot te wachten staat, en wat moet je dan? Bovendien heeft de volgende kerel die het geluk heeft mij erin te zien, ongetwijfeld geen seconde nagedacht over hoeveel gaten er in zijn boxershort zitten. Erger nog, misschien heeft hij er zelfs één aan met een speciaal voor specifieke doeleinden gemaakt gat, maar dat is een probleem dat je moet oplossen als het zich stelt.
Tussen de oude vodden en de slaapkleedjes die mijn ma ooit uit de supermarkt voor me meebracht (“Er staat I need sleep op, ik vond dat wel passen!”) heb ik nog een oversized t-shirt van Hooters liggen. Daar is ongetwijfeld op veel vlakken vanalles mis mee, maar ik zie er wel een soort van ironisch punk cute uit, en dat is genoeg.
Disclaimer: dit is duidelijk een verhaal dat ik net niet afgewerkt had voor Corona.